Filipijnen 2014

2014 Visaya's

1 maart 2014, Cebu
Na een lange vlucht over Seoul beland in de confortabele fiets B&B van Jens uit Duitsland met zijn Filipijnse vrouw, die ook fietstochten organiseren.
Cebu is een stad van het formaat Amsterdam en ook heel oud. De contrasten spatten je tegemoet.

2-3
Club Gerrit in Moalboal
Vandaag de eerste etappe na de proloog van gisterenmiddag, een klim van 10 km en terug. 105 km om mee te beginnen.
De stad Cebu uitrijden was een hele klus. De eerste kilometers gingen wel lekker over brede en niet te drukke vierbaans avenues maar toen een lange tweebaansweg evenwijdig aan de kust en overal auto's, brommers, fietstaxis maar vooral jeepney's die naar believen naar binnen en naar buiten zwenken precies zoals het ze uitkomt. We zijn echter fietsers uit Amsterdam en als je er vanuitgaat dat al het verkeer precies zo rijdt als een fietser in Amsterdam dn valt alles mee.
Juist toen jan na 16 km begon te mopperen dat het rijden uit d stad wel efg lang duurde hield de stad op. De weg bleef echter druk en het werd al warmer en warmer. Toen we van de weg af gingen in Sibonga en richting de bergen reden was het verkeer gelijk helemaal weg maar de warmte niet. Volle zon en boven de dertig en dat merkten we toen het na 6 km echt omhoog ging.
Wel een prachtige weg met mooie doorzichtjes en hier en daar een dorpje. Het landschap van midden Cebu lijkt op dt van Jamaica als het van Montego bay naar het zuiden doorsteekt.
Ik stond wel erg lang te wachten net na de klim en toen bleek dat de rest stond uit te puffen een kilometer onder mij. Dat kwam mijn humeur niet ten goede als kwam dat in de prachtige kilometers naar de oostkust van Cebu weer snel terug.
In Moalboal, een duikplaats bij uitstek, komen we snel bij. Snorkelen gaat hier vanaf dat je je voeten in het water zet en gelijk tussn het koraal staat en over de rand van het koraal zwem je lettrlijk tussen miljoenen sardientjes, erg spectaculair.
Zo nu vis eten in de achtertuin bij Maya's.

3-3
club Gerrit in Villa Rosa
Club Gerrit is in Alcoy aan de Zuidoostkust van het eiland Cebu in de Filipijnen en wel in een fantastisch huis aan zee met marmeren beelden in de tuin en een zwembad, genaamd Villa Rosa. We puffen uit van een korte maar zeer heftige etappe. 
Vanuit Moalboal reden we eerst een stukje nasr het zuiden en toen begon de klim naar het centum van Cebu, een bergketen met toppen tissen 800 en 100 meter. Het wegdek werd steeds dramatischer en konden we de eerste kilometers nog alles rijden, op het tweede stuk waren stukken van meer dan 15 procent en was het gemiddelde hoger dan 10 procent. Zelfs wandelen was hier zwaar geweest en dat deden we dan ook regelmatig maar dan wel met een fiets met bagage die meegeduwd moest worden. Het was ook genieten op dit pad dat soms als singletrack door een weelderig tropisch bos liep en soms kwamen er rotsen tevoorschijn. En altijd was er een geweldig uitzicht op de zee en het laagland van de westkust van Cebu en daarachter de bergen van Negros.
Het was een ook een worsteling om boven te komen en toen we dat eindelijk na uren waren zaten we te wachten bij een paar huisjes die hier op de top stonden. Een paar gezinnen proberen hier van wat verspreide akkertjes te leven. Een hard bestaan maar met een mooi uitzicht.
Dat hebben wij nu ook hier in de tuin van Villa Rosa nu de lucht boven de zee donker wordt en het zicht op Bohol, het eiland dat we morgen bereiken langzaam verdwijnt.

4-3
We zijn net in een hotel binnengevallen in de stad Tagbilaran. Oomdat de boot vertraging had en de haven waar we eigenlijk naar toe zouden gaan was vernield door de aardbeving zijn we hoer beland. We kwamen in het donker aan dus dat was improviseren. We kwamen een Nieuwzeelander tegen die hier woont en ons een goede tip gaf. De boot was een soort vrachtschip met plastic stoeltjes langs de reling. een bijzondere ervaring. Onderweg sprongen er 10 dolfijnen over het wate in de ondergaande zon.
We waren vanochtend vertrokken om 9.30 uit ons fantastische resort aan zee villa rosa en reden in hoog tempo in een treintje naar Arga en kwamen daar rond 11 uur aan. een leuk stadje met mooie oude gebouwen. Daar begon de grap van de boot. De eerste die we er naar vroegen had zelf een boot en wilde ons wel brengen en zei dat de pont niet meer ging. De tweede zei dat die om 11.00 uur ging en de derde wist zeker om 13.00 uur, maar niet in Argao maar 9 km verderop, nee zei de ander maar 5 kilometer. Bij de tourist information heben ze gebeld en daar zeiden ze om 11 a 12 uur. Eigenlijk om 11 uur maar het laden duurt nogal lang en dan wordt het wel 12 uur. Ze belde nog wel even of ze wilde wachten op 7 fietsers. Het bleek uiteindelijk wel 10 km te zijn en de werf was volkomen leeg. Hij ging om 5 uur zei een mannetje daar, de volgende ochtend. Nou er kwam e nog een want de ochtend boot had vertraging en kwam wwarschijnlijk om 13.00 uur. Dan moesten we er om 12.30 zijn.
Gelukkig was er achter de werf een geweldig complex op steltjes in zee waar een lange houten steiger vanuit de mangrovebossen waar ook een vistestaurant was en wat hebben we daar geweldig vis gegeten. De boot zagen we uiteindelijk binnen komen om een uur of 14.00 en we vertrokken uiteindelijk om 15.45. Bijzondere ervarin
We kwamen in het donker aan dus Carmen doen we op de terugweg.

5-3
Langs de zuidkust van Bohol.
Vandaag een vroege aankomst in een heerlijk duik- en snorkelresort ver van alles op een paradijselijke plek.
De trip zelf was 76 km langs de kust - een beetje op en af, maar gemakkelijk en alles asfalt, dus een makkie. Teminste dat was het geweest als we niet een stuk hadden gekoerst met lokale wielrenners onder leiding van Ian, een inmiddels ingeburgerde nieuw zeelander die hier al het leven van een happpy pensionado op zijn 54 e leidt - ergens hebben we toch iets fout gedaan, zoals Gerard me zei. 
En natuurlijk speelde ook het weer weer mee. De zon brandde 80 % van de tijd heftig op onze zorgvuldig bedekte of ingesmeerde lichaamsdelen en de temperatuur haalt al in de ochtenduren de 30 graden. Gelukkig komt er niet heel veel meer bovenop.
Jurjen reed dapper in het treintje mee en ik stond ze te fotograferen in de veronderstelling dat ik ze toch wel weer zou inhalen maar met lokale wielrenners die tegen de wind - ook die blies er aardig op los - 36 in het uur rijden is dat minder gemakkelijk dan gewoonlijk. Ik reed 5 km op 100 meter zonder dichterbij te komen en besloot bij het volgende mooie plekje dat het tijd was voor een foto.
We hebben afscheid genomen in een dorpje dat Dimiao heet en wat gedronken op het pleintje. Het was te vroeg om te eten en we gingen iets zoeken om te eten en te zwemmen 20 km verderop in de buurt van Jagna, een havenstadje. Dat was lastig want we kwamen langs plekken waar een winkeltje was of langs plekken waar je kon zwemmen of langs plekken waar je kon zwemmen, maar beide kon nergens. Na een noodlesoepje onderweg zijn we snel de laatste kilometers gaan rijden om op onze prachtige overnachtingsplek te komen.
Relaxen is het devies want morgen wacht een serieuze etappe.

6-3
Club Gerrit dwars door Bohol
Do 6 maart vroeg op pad want een zware etappe van ruim 100 km voor de boeg met het zwaarste stuk tussen kilometer 12 en 40. Dan is het zaak om dat te doen voor de zon hoog aan de hemel staat.
Het was een wondermooie etappe met een serieuze bergrug tussen Jagna en Sierra Bullones. Al snel kwamen mooie vergezichten te voorschijn van de kust die we zojuist hadden achtergelaten. De weg kronkelde zich door het uitbundige groen en hier en daar door een dorpje die er hier overal verzorgd uitzien. Langs de weg liggen, soms dwars over de weg, stukken zeil met bruine rijstkorrels te drogen. De eerste kilometers klimmen rustig en na een soort plateau gaat het na 10 kilometer hard omhoog soms boven de twaalf procent. 
Dalen en klimmen langs rijstterrassen richting Sierra Bullones een levendig dorp met schoolkinderen in uniform die hun pauze vieren op het pleintje met een soort muziekkapelletje. Daar hebben wij ook cola en water gedronken en gewacht op de reparatieploeg. Frans werd getroffen door onze enige lekke band tot dusver.
17 km verder naar Carmen het centrale dorp in dit eiland en daar simpel maar best lekker gelunched in een tentje met grote pannen. gulaysoep en kip.
10 km voorbij carmen moeten we in het circus van de chocoladeheuvels betalen om binnen te mogen rijden en gaan we het laatste stuk flink omhoog. Er is ook een trap omhoog en we klimmem die op tussen voornamelijk filipijnse toeristen. Het uitzicht is mooi en vreemd met al die bollen die als reuzen ijscoupes tussen de bomen lijken te zijn neergelegd.
Het laatste stuk zou naar beneden moeten gaan maar gaat ook af en toe nog vervelend steil omhoog, ook door het bos met de hoge bomen voor Loboc. De mensen blijven je echter, zoals overal hier, vriendelijk groeten. Soms roept een stoere jongen " hey Joe" maar alle kinderen zwaaien enthousiast en de meisjes van laten we voor het gemak zeggen tussen de 18 ende 24 roepen een langgerekt " hiiii " vergezeld door een verleidelijke glimlach. Dat maakt club Gerrit zelden mee op een Ronde hoepje.
In Loboc schrikken we als we zien dat de kerk uit de 16 e eeuw volledig is ingestort door de aardbeving van oktober die hier op Bohol veel meer schade heeft veroorzaakt dan de Typhoon maar bij ons de pers nauwelijks heeft gehaald. Ook Stefanie Grace Paradise Inn, ons hotel aan de rivier, heeft het er moeilijk mee gehad maar functioneert inmiddels weer prima.
De eigenaar is een Philipino die het halve jaar in de States woont en zijn twee dochters heeft vereeuwigd in de naam van zijn mooie hotel.
s'Avonds spreken we over onze oude vriend of kennis Mark van den Boomen die is overleden. 

7-3
Club Gerrit van Bohol naar het magische eiland, Siquijor
Vandaag bleek de ferry die we zouden nemen naar Siquijor niet te gaan. Gelukkig is er in de Filipijnen dan wel wat te regelen voor een hoop meer. Na een snelle extra 25 fietskilometers belandden we aan de kust van het aan Bohol vastgeklonken resort-eilandje Panglao. Het werd wat mistig toen de chauffeur van de auto waar we achteraan reden opeens midden op de weg alvast wilde afrekenen maar dat hebben we beleefd geweigerd. Aan een strandje lag zo,n typisch bootje met twee drijvers en zowaar pasten wij daarop met al onze fietsen en bagage erbij. De zee lag er rustig bij dus dit leek ons een welkom avontuur en de boot was nog sneller ook en bracht ons tot vlakbij de cottages waar we moesten wezen. Het werd nog even lastig toen de eigenaar van het private strandje - een roodaangelopen britse pensionado met een snor - ons weer in de zee wilde terugdrijven. Hij had er echter niet de middelen toe dus we zijn uiteindelijk over zijn heilige land naar de weg te gaan.
En we zijn hier werkelijk in het paradijs beland. Zie de fotoos die er al op staan. De kokkin is de beste van de filipijnen en de zee klotst precies tot onder het onderste hutje wat we hebben gehuurd.

8-3
Club Gerrit rondt en dwarst Siquijor.
De hele club zat om half zeven aan het ontbijt. Eerst waren er wat geneerde leden om het bedienend personeel hier zo vroeg aan het werk te zettten maar toen Alex zijn schoonmoeder verzekerde dat ze elke ochtend om 4 uur op stond was dat probleem getackeld.
Toen we wegreden om een uur of zeven zagen we de buurvrouw van het complex onze gisteren ingeleverde vuile was schrobben in een mooie zinken teil.
We reden door de ochtend - het is dan nog maar zo'n 27 graden - langs de rondweg om het eilandnaar het oosten en het zuiden.
De eerste attracties werden door het voltallige peleton gemist - het houten huis uit de 18e eeuw en een mooi strand in een manmade forest. In het plaatsje Maria bespraken we even de rest van de trip maar helaas niet met de volledige groep - zeven is veel voor plenaire communicatie.
Bij de afslag naar Kagusuan Beach bleken Frans en Leon door te zijn gereden.
Er was nog een afslag en we verdeeelden de groep in tweeen in de hoop ze alsnog te treffen.
De weg was al mooi, scherend over een rustige weg met slechts wat brommertjes en door groene met palmen bezaaide heuvels, leuke dorpjes en langs prachtige zeezichten, maar nu langs de kleinere weg was het verkeer helemaal afwezig. Geen frans en leon maar wel een heel mooi strand en een smsje dat ze in Lazi wachtten.
Na een snack in de bakeshop bij de haven van lazi en een kort bezoek aan de enorme oude kerk en het klooster, het grootste van de Filipijnen gingen we omhoog de bergen in. Langs de Lazi-Poo-Luyang road in herstel sie wonderlijk genoeg niet in Google maps te vinden was en daarom een gat in mijn GPS routes laat zien refen we omhoog, eerst naar de Cambugahay wAtervallen waar we naast lokale jongens die een liaan trachten te verhuren waarmee je er over kan slingeren en wat lokale touristen ook de 6 andere buitenlandse toeristen tegenkwamen. Die zitten allemaal aan de westkant in San juan, zodat we de rest van het eiland voor ons zelf hebben. Een van de zes bleek een jonge vrouw uit zweden die een heel verhaal in drie coupletten over haar hele zijkant had laten tattooeren. Het bleek haar levensfilosofie. i hope you won't change your mind zie rene tegen haar.
Pas na de watervallen ging de weg serieus omhoog meestal over asfalt tot 450 meter, een erg mooie klim. Beneden na een afdaling die altijd weer veel langer en steiler lijkt dan de klim, alsof je iets uitschakelt tijdens de klim, kwam Jan vertellen dat er drie achterblijvers waren omdat leon zijn ketting gebroken was. De SMS werkt goed en in Larena bij de lunch waren we weer compleet en om drie uur waren we terug om weer te kunnen zwemmen en snorkelen, de rest van de middag na een prachtige rondrit zonder bagage.
Het snorkelen is geen Curacao en al helemaal geen Bonaire. voor de debutanten op dit gebied is het toch indrukwekkend maar ik ga mijn camerabril pas weer echt goed daar gebruiken denk ik. Hier moet je eerst 200 meter door ondiep water ploegen om de eerste riffen te bereiken en dan zie je veel koraal maar weinig vi. Volgens Alex wordt het overbevist en is dat de reden. Ik ben benieuwd of Negros beter is. Dat ziet er wel veelbelovend uit.


9-3
Van mooie plekken en misantropen en hard rijden in een treintje
Gisteravond heb ik mij even verwijderd van het clubgezelschap om op het drooggevallen strandje van de sterren en de muziek te gaan genieten. Opeens last van te veel club en te veel drank in de andere clubleden.
Alex had zich ook in het gesprek gemengd en vertelde zijn verhaal. Hij zit weliswaar op een prachtige plek maar hij zit er vreselijk vast en maakt bepaald geen gelukkige indruk. Ook zijn Elma trouwens niet behalve als Rene luidkeels de kwaliteit van haar zelfgemaakte vruchtenwijn prijst, bij elke fles weer wat harder.
Alex heeft ook op alles wat wij als mooi of bijzonder ervaren wel zijn eigen misantropische weerwoord. Ja het is een mooi strand maar de regering (zijn favoriete mopperpunt) heeft de weg er naar toe afgesloten.
Het lijkt megeen gelukkig bestaan als uitbater van een resort op de Filipijnen.
Vandaag een snelle etappe. Eerst 18 km naar de ferry in Siquijor, waar een vrij kleine maar snelle boot ons met onzefietsen naar Dumaguete bracht, de hoofdstad van Negros Oriental. Een groot eiland, het vierde in grootte van de Filipijnen. In Dumaguete, een stad met ruim 100.000 inwoners hebben we gelunched op een echte boulevard, de eerste die we hier zijn tegengekomen.
Na de lunch nog 43 km naar het zuiden waarvan de eerste 32 over een brede weg pal naar het zuiden. Treintje rijden met 35 a 40 in het uur. Dat kan gemakkelijk want het verkeer stelt hier niets voor. De enkele brommers/ motors gaan jou voorbij, jij gaat de fietstaxi's voorbij, een soort BMXjes met zijspan. De Jeepney's en busjes passeer je als ze stilstaan en zij jou weer als ze rijden. Alles gaat heel organisch, een beetje opletten, maar weinig problemen.
Het peleton gedraagt zich naar hun plek in het klassement. Jan en rene besluiten al gauw hun eigen tempo te gaan rijden en als het heel hard gaat gaan Gerard en Leon eraf, hoewel leon steeds sterker gaat rijden en nog wel mee had gekund.
De laatste 11 km gaan over een klein weggetje, soms asfalt of beton, maar ook stukken onverhard met stenen of los gravel. Mooie doorkijkjes met palmen naar strandjes of rijstvelden en af en toe een zicht op de vulkaan die verderop 1900 meter hoog overal in het zicht is.
Over obscure steile paadjes en uiteindelijk een trap van 107 treden bereiken we ons doel, het ver weggestopte paradijsje Kookoo's nest, een door een Engels stel gerund prachtig stuk strand waarop mooie tweeverdiepse hutten van natuurlijke materialen 
zijn neergezet. Onze hut heeft een balkon met zitje en hangmat.
Het leven is het mooist voor hem die dit soort plekken kan bezoeken en weet dat hij ook weer verder kan en uiteindelijk terug naar huis.

10-3
Lang langs de kust
Om 7 uur stipt kwamen de meisjes die in de keuken staan en bedienen het terrein van Kookoo's nest op marcheren en ook Jamie, de eigenaar kwam van boven. Het betekende dat we niet voor 8 uur waren uitgegeten en betrekkelijk laat aan de langste etappe begonnen.
Jan en Rene wilden hun eigen tempo peddelen en vertrokken vooraan. Ze reden ook door toen de rest foto's aan het maken waren. Bij de eerste de beste kruising stonden ze niet te wachten en ze bleken inderdaad zoals we al dachten de verkeerde kant opgereden. Ze waren ook opeens terug dus het vormde geen probleem.
De eerste 15 km hotsten en botsten we op en neer over kleine weggetjes langs de kust en daarboven, langs arbeiders in de suiker en hutjes met buffels in het water.
Toen langs de kust en we reden flink door en hadden een rustplek op 72 km. Na het eten vertrokken Jan en Rene alleen en de rest ging mangos eten aan het strand waar het veel te warm was. Alleen. Leon nam een duik.
Zowaar in het tweede stuk een lekke band. Ik reed met Jur en het wisselen was al haast compleet toen Leon, Frans en Gerard langskwamen. De rest van de rit zijn we bij elkaar gebleven tot we jan en Rene vonden vlak bij de gemeentegrens van Sipalay. We moesten daar nog 15 km en daar zat een flinke klim tussen. In Sipalay aan de kust werden we opgewacht door Sweden, de manager van her Resort in Sugar Beach. De boot kon echter niet over de zee vanwege de golven en we reden achter de brommer aan weer de stad uit tot we na 160 km eindelijk de bootjes bereikten die in een lagune lagen. Met drie kleine bootjes werden wij, onze fietsen en onze bagage door de mangroves en een stukje over zee, begeleid door de ondergaande zon, naar Sugar beach gebracht, het einde aan een lange fietsdag.


11-3
Club Gerrit de rustdag
Club Gerrit probeert vandaag niets te doen. Dat gaat het ene lid beter af dan het andere.
Frans, Leon en ik waren om 9.00 uur al maskers aan het testen en hobbelden even later over de zee op weg naar Turtle Island. Onderweg prachtige kustgezichten. Een blauw turquoise zee, steile eilandjes weelderig begroeid als in de Halong bay en kleine strandjes overal tussendoor.
Bij het wrak van een gezonken schip bleek de stroming niet goed en de zichtbaarheid te gering. Dicht bij de kust was het echter perfect snorkelen. Dit begon echt op Curaçao te lijken. Grote kleurrijke koralen en veel verschillende soorten vis in spectaculaire vormen en kleuren. Ook de tweede plek was goed.
De middag heeft iedereen in zalige ledigheid doorgebracht. Ik ben met Leon gaan lunchen bij de Takatuka lodge. Het eten was erg goed maar in ons filipijnse resort is het Veel gezelliger. De meiden in de keuken en achter de bar hebben de hele dag pret. Met elkaar, met ons, met alles. De meiden waaronder sweden, de manager en Ray, een filipijnse versie van mark marie huybrechts.
Hiernaast zijn we nog even gaan kijken bij de Driftwood lodge waar de eigenaar een zwitserse alcoholist de stelling onderschrijft dat het leven van een Europese resorteigenaar hier niet over rozen gaat.
We blijven verder hier hangen en hebben verse vis in het vooruitzicht. Het leven van een Europese resortbezoeker op rustdag is een aanrader.


Wo 12
Van onverharde wegen , kappers en karaoke
Het afscheid was lang en heftig tussen club Gerrit en de staff van de bigBamboo Beach resort. Het was een fijn verblijf met een personeel waar de vrolijkheid van afspatte. Het genoegen was wederzijds want wij zijn een club die veel leven brengt, veel spendeert, leuk is in de omgang en nergens over zeurt. Er zijn trouwens verdacht weinig mensen op sugar beach. Gevolg van de rampenjournalistiek die suggereerde dat er na de typhoon op de Filipijnen geen leven meer mogelijk was. In plaats van hulpacties en donaties uit het westen hebben ze waarschijnlijk meer aan het achterwege blijven van dit soort overdreven journalistiek zodat de mensen hier gewoon naar toe komen.
Voor het vertrek nog met de hele staff op de foto en alle fietsen en tassen en wijzelf en Sweden op een bootje door de mangroves naar de brug.
De kok had over de Candoni-road gezegd dat het duwen zou worden, a rocky road. Van Jens zou ik dat inmiddels wel aannemen maar niet van deze man. Toch bleek al snel na de afslag dat een op google maps geel ingetekende weg geengarantie is voor een geplaveid wegdek. De weg was tot vlak voor Candoni erg slecht met grote en losse stenen en soms heel steil maar ik hoefde gelukkig nergens te duwen.
De eerste pauze vervroegd. In een dorpje verkochten ze mountain dew en dat was toen de hele club was gearriveerd snel uitverkocht. Je werkt allengs tijdens zo'n trip steeds meer suikerwater met koolzuur naar binnen met steeds minder schroom.
De drie meisjes in bordeaurode rokken wilden niet op de foto maar vroegen wel honderduit in behoorlijk Engels al giechelend met elkaar. Voor de rest was het een dorp zoals anderen ergens langs de weg met overal langs die weg honden op straat en kippen met kuikens. In sommige bochten geitjes, in andere koeien en sporadisch een varken. Houten huizen vaak mooi met gevlochten riet afgewerkt maar zelden gelakt.
In Candoni gelunchd in een eatery, waar de pannen buiten staan en je er achter binnen aan tafeltjes kan zitten. Het wordt zo warm als het is opgeschept, een magnetron ontbreekt.
Al eerder maar zeker ook nu in het tweede stuk die begint met een flinke klim manifesteert Leon zich steeds meer als een nieuw lid van de kopgroep. Na de klim heeft hij me snel achterhaald en we scheuren door het land waar deregen voor het eerst tijdens de trip na een aarzelend begin steeds meer een rol begint te spelen. We komen na een lange afdaling weer in de vlakte en stoppen bij de kruising om mango's te eten en koffie te drinken bij een ander eettentje wat later ook de plaatselijke karaoketent blijkt te zijn, een zeer populaire vorm van vermaak hier.
Het wachten duurt lang want er zijn pechproblemen in de achterhoede en ik heb ale tijd om me bij de barbier te laten scheren. Als ook Frans en later ook Rene een bezoek brengen zwicht ik voor de groepsdruk om me op het karaoke podium te wagen. 
Dat levert in ieder geval een paar leuke filmpjes op die rondgaan langs de tricycles, de barbier waar Rene's hoofd wordt geschoren met Elvisklanken op de achtergrond die aan het eind van het filmpje uit de keel van de voorzitter blijken te komen.
In een trein de laatste kilometers naar de kust en we arriveren pas rond half zes in Batung Peninsula Resort waar we de enige gasten op een enorm complex zijn. Wat op papier een vrij eenvoudige klus leek werd door het zware begin vooral toch een volwaardige etappe.

13-3

Club Gerrit danst om de vulkaan
In ons vreemde resort, verlaten buiten ons, op het eerste gezicht vergane glorie maar er wordt nog steeds gebouwd, serveren drie dames ons ontbijt en halen tegelijk de lege flesjes weg van ons balkon in Hotel California. Het regende nog twee keer in de ochtend maar daar
bleef het bij vandaag. Het weer werd gedurende de dag steeds beter.
De weg langs de kust was druk met vooral zoals gewoonlijk tricycles maar ook veel vrachtwagens volgeladen vaak met suikerriet. We konden er al na 8km af maar bleven in de vlakte waar het suikerriet het enige gewas was, de weg vaak cemento maar ook regelmatig stukken onverhard. Zo hobbelden we de eerste uren weg door suikerstadjes met cooperaties tot in la Castellana waar we weer een plaatselijke bakeshop beroofden van een groot deel van de koopwaar. Suikerbroodjes en suikerwater, hier zeer op zijn plaats.
Het oponthoud duurde lang want Jan had weer een lekke band.
Het tweede deel van de rit begon met een lnge weg pal naar het oosten richting de vulkaan. Langzaamaan voelde dat het plat valser werd. De club had niet veel zin om hard te rijden want al voor de bochten zag ik nauwelijks nog wat stipjes in de verre verte. De top van mount Canlaon was nog even in de wolken maar werd steeds zichtbaarder. Een machtige vulkaan, een eenzame ook, 2450 meter hoog en hoogst actief. Het decor veranderde voortdurend, van suikerriet naar terrassen en zelfs weelderig bos. De betonplaten maakten uiteindelijk ook plaats voor een 'rocky road' en we lunchten in een plaatsje 10 km voor canlaon city na 22 km voornamelijk klimmen, op een plekje waar ze slechts rijst en kip serveerden en de softdrinks bij de buren moesten halen. Wel hebben ze dan koffie, de zakjes in rijen strips ge-etaleerd en heet water uit de thermoskan.
We bespraken nog even het Hey Joe roepen wat hier constant gebeurt als je langskomt. Niet onvriendelijk overigens. Ik roep doorgaans vrolijk terug 'hey Pipo'.
Voor het derde stuk hadden we besloten een alternatief te zoeken in de vorm van een 'gele weg' ( op de kaart) die er betrouwbaarder uitzag dan de vooraf gekozen weg die nu op de GPS stond. Het werd wel zoeken zonder GPS maar we vonden hem en de weg was heftig, ging regelmatig ze steil omhoog en was voor grote stukken moeilijk berijdbaar. Het landschap was erg afwisselend met natte rijstterrassen, open vergezichten over de vulkaan en zelfs over de zee en Cebu. Zo werd het met 106 km, moeilijke stukken en flink klimmen, een zware etappe maar ook hele mooie, misschien wel de mooiste zover.
Het laatste stuk voelde echt zwaar en steil al was het asfalt goed.
In La Vista bleek de betaling niet doorgekomen en had het bedienend personeel het buskruit niet uitgevonden. Maar een mooie plek en een prachtig complex. Alles is mooi en werkt, behalve de wifi die er niet is. Die combinatie blijft vreemd en ook het feit dat er zo weinig gasten zijn, behalve wij een groepje Chinezen. Met Bargonzas, de architect en eigenaar contact gehad en de zaak half opgelost. Het eten is dan weer teleurstellend maar de bar was leuk met een pooltafel waar we veel plezier van hadden.
Dit had een topplek kunnen zijn maar is het niet omdat er te veel dingen niet kloppen en dat past niet bij de pretentie die het uitstraalt.
Morgen op voor de laatste etappe. Hopen dat de bestelling van het ontbijt goed is binnengekomen bij onze stagiair en we op tijd bij de boot komen.


14-3
De laatste etappe en wat voor een.
Al met al is dit met name door de waanzin berg op de tweede dag en de zware laatste drie dagen een van de zwaarste ClubGerrit Edities geworden. Zeker als je de lengte van ruim over de 1000 km bekijkt. Maar ook de steigingspercentages en de staat van het wegdek maakten het bijzonder zwaar.
De laatste etappe was illustratief. Na een linke afdaling van ons bergresort naar San Carlos konden we nog veder bijkomen op de stapelbedjes die er op het tweede dek van onze veerboot waren geplaatst. Langs de kust nog 20 km en de eerste gemakkelijke kilometers waren een feit en na een korte lunch maakten we ons op voor de Balamban - Cebu transnational highway.
Dat het zwaar zou worden die laatste 45 km had ik wel gedacht, maar zo zwaar. Na een korte aanloop ging de weg opeens zichtbaar omhoog met zo'n 12 tot 15 procent en dat bleef 3 km lang zo. Ik weet niet welke taferelen zich achter mij afspeelden maar met de moeite waarmee ik voorop omhoog kroop kon ik me het gevloek uit het peleton levendig voor de geest halen. Iedereen bekende achteraf ook even te hebben gedacht hoe het zou zijn om een pickup te stoppen en de fiets achterin te gooien.
Maar ja we zijn mannen en geen muizen, om een bekende vice voorzitter te parafraseren.
We kwamen uiteindelijk over een eerste col op 870 meter maar daarmee was het bepaald niet gedaan. In totaal gingen we na een korte scherpe afdaling telkens weer zo steil omhoog tot 10 km voor de laatste afdaling naar Cebu, in totaal werd er 22 keer een helling bedwongen met een totaal van 1661 hoogtemeters.
Toen ik Jens over onze tocht na aankomst om 16.30 vertelde zei hij dat we naar zijn weten de eerste waren die dit traject met bagage had afgelegd.
Toen ik gedouched had en geblogd was er echter nog steeds niemand achter me aan gekomen in het hotel. Om half 6 trof ik op de cruciale kruising op twee honderd meter van onze plek Jur die wachtte op nummer drie. Toen Frans en vervolgens Leon door waren ben ik blijven wachten op het peleton, zodat de mannen konden gaan douchen. Na een kwartier kwamen even over 18.00 uur de laatste mannen met zijn drieen tegelijk naar beneden en was iedereen net voor donker binnen.
Cebu in de avond was een vertrouwde belevenis. The A&A barbeque was een fantastiche plek waar zowat de hele kaart in sneltreinvaart op tafel werd gezet. De Filipijnse keuken is in tegenstelling tot wat we van te voren dachten heel goed en dit was een erg sterk voorbeeld ervan.
Na een korte wandeling kwamen we voor de tweede keer in de outpost, cafe met livemusic en een groot openluchtgedeelte. Een filipino band speelde oude rockhits.
We waren om half een terug in het hok en zaten buiten nog wat na te kletsen over de zeer geslaagde trip.

Share by: